I. Een juichtoon da-vre langs de velden Voor ons dierbaar rood en wit De Schaar de dapp're Meersche helden Onze vreugd' en trotsch bezit Gevreesd, geducht in heel den lande Glorie onzer Amstel-stad ... Ieder draagt ze op de handen Wie gaat niet op Ajax prat Hup Ajax hup, Rood - Witte schare Dapp're strijders fier en koen Bevestigt uw roemrijke mare Driewerf hup onz' kampioen! Hup, Ajax, hup onz' kampioen!
II. Ziet onze spelers pijlsnel draven Fiks zich werpend in de strijd En nooit bereid tot overgave Vol van vastberadenheid ! In vurig willen, ernstig streven Naar de overwinningseer Deed zij menig club reeds sneven 't Roemrijk Ajax uit de Meer !
(Refrein)
III. De goede clubgeest zal ons schragen D' Eendracht maakt ons hecht en sterk D'Ajaxvaan steeds hoger dragen Zij ons allerschoonste werk! Ons mooie spel vol fris bekoren Te spelen in Rood en Wit Dat zij ons jaren nog beschoren Vol geest, animo en pit.