En kilometers spoor schieten onder mij door. Ik ben op weg naar jou, want ik ben weg van jou. Vanochtend vroeg vertrokken in de luwte na de nacht en tien minuten op de trein gewacht. Want die had wat vertraging mijn god daar baal ik van Omdat ik nu tien minuten minder bij jou blijven kan.
De trein raast alsmaar verder van station naar station. Ik kom op plaatsen waar ik nooit ben geweest. Er rammelt plotseling kar roept een juffrouw "koffie thee" ik heb wel dorst, toch zeg ik nee. Want de trein vermindert vaart terwijl mijn hart steeds sneller gaat. Kijk uit het raam om te zien of zij daar staat.
Ik stap uit, kijk om me heen, even voel ik mij alleen want ik zie haar nog niet staan. Maar vanachter een pilaar verschijnt haar lachende gezicht. Voor mijn gevoel lijkt alles langzamer te gaan. En ik ren op haar af en zij komt mij tegemoet. En achter ons vertrekt de trein, omdat een trein nou eenmaal verder moet.