Soms denk ik wel dat de soldaten Die in de oorlogen gevallen zijn Niet onder witte kruisen zijn begraven Maar dat zij kraanvogels geworden zijn
Ze roepen ons uit lang voorbije tijden Hun hese stemmen roepen in hun vlucht 't Is misschien daarom dat wij zo dikwijls kijken Diep in gedachten naar de avondlucht
Daar, in de laatste lichtglans van de schemer gaat een vermoeide vogeltrek voorbij Ik zie een lege plaats in hun geleed'ren Misschien is dat de plek bestemd voor mij
Als ik met hen de hemel zal bevolken Voorbijtrek in het schemerend verschiet Dan zie ik jullie uit de verre wolken Dan roep ik jullie, die ik achterliet
Soms, soms denk ik wel dat de soldaten Die in de oorlogen gevallen zijn Niet onder witte kruisen zijn begraven Maar dat zij kraanvogels geworden zijn
Ze roepen ons uit lang voorbije tijden Hun hese stemmen roepen in hun vlucht 't Is misschien daarom dat wij zo dikwijls kijken Diep in gedachten naar de trieste lucht